Goede vruchtbaarheid door een consequent management
Om de levensduur van de veestapel te verhogen geven we aandacht aan de drie belangrijkste redenen van afvoer, met als doel dat koeien probleemloos een hogere levensproductie halen.
Hierbij staat vruchtbaarheid met stip op de eerste plaats! Zonder dracht geen kalf en dan ook geen volgende lactatie. Dieren die niet drachtig raken, moeten vroegtijdig afgevoerd worden van het bedrijf. Echter is een goede vruchtbaarheid van veel factoren afhankelijk, grotendeels van een goed management.
Droogstand: zorg dat dieren met de juiste conditie de droogstand ingaan
Als de droogstand niet goed verloopt, kan het langer duren voordat koeien na het afkalven weer tochtig worden. Ralph Engelen, eigenaar K.I. Samen, legt uit: “Een goede droogstand is de basis voor het opstarten naar- en de vruchtbaarheid in de volgende lactatie. Voor voldoende conditie bij het droogzetten is de voerstrategie verderop in de lactatie van essentieel belang.
Op ons fok- en melkveebedrijf zetten we de koeien 6 weken voor het afkalven droog en de vaarzen zelfs een week eerder. Na het droogzetten plaatsen we ze apart, in de zogenoemde far-off groep. Tijdens de droogstand is een maximale droge stof opname van groot belang, zonder dat de koeien vervetten. Hiervoor wordt een structuurrijk en energiearm rantsoen (met veel stro) en passende mineralen gevoerd. Vanaf 3 weken voor het afkalven, gaan de dieren naar de close-up groep voor optimale controle.”
Afkalven: een goed gebouwde koe draagt bij aan het geboortegemak en betere vruchtbaarheid
Probleemloos afkalven en een goede opstart van de volgende lactatie bepaalt voor een groot deel het op gang komen van de volgende cyclus. Ralph vervolgt: “Een goed gebouwde koe is cruciaal voor het voorkomen van vruchtbaarheidsproblemen. Een voldoende breed kruis met genoeg ruimte tussen de zitbeenderen is belangrijk om vlot af te kalven. Daarbij werkt een hellend kruis positief bij het afkomen van de nageboorte.”
“Het ideale plaatje is dat een koe na het afkalven regelmatig tochtig wordt en na een vrijwillige wachtperiode geïnsemineerd kan worden en drachtig wordt.”
K.I. Samen besteedt tijdens het paringsadvies ‘Koe-in-Balans’ zorgvuldig aandacht aan de juiste bouw van de koe. Daarnaast zijn voldoende ruimte, ligcomfort en goed zicht basisvoorwaarden tijdens het afkalven. Door de juiste hygiënemaatregelen na te leven en gedoseerde kracht bij geboortehulp toe te passen, worden de risico’s op schade of infecties aan het geboortekanaal beperkt. “Hoe gemakkelijker het afkalven verloopt, des te beter de opstart naar een volgende lactatie en het op gang komen van de cyclus”, verklaart Ralph.
Verse koeien: controleer het verloop van de conditieherstel
Het is raadzaam om de verse koeien in een aparte ‘verse koeiengroep’ te plaatsen. Na het afkalven tonen de dieren enigszins conditieverlies. “Een ruime comfortabele ligplaats en gemakkelijke toegang tot voer en water, zonder concurrentie, bevorderen de opstartfase”, vervolgt Ralph zijn verhaal.
“In deze periode neemt de baarmoeder haar oorspronkelijke vorm weer aan. De geur en de kleur van baarmoederuitvloeiing is een belangrijke indicator of de baarmoeder goed geneest en of er mogelijk behandeling nodig is. Controleer de koeien daarom regelmatig op witvuilen en meet bij twijfel ook de temperatuur. Plaats de verse koeien dicht bij de melkstal, zodat ze als eerste gemolken worden en goed in de gaten gehouden kunnen worden. Na 2 à 3 weken kunnen ze dan de productiegroep in”, aldus Ralph.
Activiteitmeting verhoogt tochtdetectie
“Voer minimaal 2, maar liever 3 maal daags, op regelmatige tijden tochtcontrole uit. Doe dit op rustige momenten buiten het voeren en melken. Neem hier ook voldoende tijd voor. Technische hulpmiddelen zoals activiteitmeting zijn hierbij zeker een meerwaarde en verhogen een goede tochtdetectie tot wel 90%.”
Voer op regelmatige tijden tochtcontrole uit.
De inseminatietechniek is bepalend voor een goede bevruchting
“Het beste inseminatiemoment is 12-24 uur voor de eisprong. Het moment van de eisprong is zo’n 30 uur nadat het springgedrag is begonnen. Insemineer de koe dus 6-18 uur na het springgedrag voor het beste resultaat. Een eenvoudigere vuistregel is: ’s morgens tochtig zien is uiterlijk ‘s avonds insemineren en ’s avonds tochtig zien is ’s morgens insemineren.
Voer een her-inseminatie uit als de koe na 24 uur nog steeds duidelijk tochtig is”, vertelt Ralph. Een goede bevruchting is daarnaast ook nog afhankelijk van een nauwkeurige omgang met het sperma en een goede techniek van het insemineren. Hanteer hiervoor een standaard werkwijze. “Indien gewenst kan het stappenplan worden opgevraagd bij onze vertegenwoordigers”, geeft Ralph aan.
Het ideale plaatje
“Het ideale plaatje is dat een koe na het afkalven regelmatig tochtig wordt en na een vrijwillige wachtperiode geïnsemineerd kan worden en drachtig wordt’, glundert Ralph. “Helaas lukt het koeien niet altijd om goed op te schonen, om tochtig te worden of om drachtig te worden en te blijven. Daarom is drachtcontrole essentieel. Vanaf 30 dagen na inseminatie kan bij koeien worden gekeken of ze drachtig zijn”, besluit Ralph.
Een goed gebouwde koe is cruciaal voor het voorkomen van vruchtbaarheidsproblemen. Op de foto, Tonnie 72 (V. Lady Lover)